PE-punten
- 3 NOvA
Cursusinformatie
Op 1 januari 2015 zijn de Wet herziening kinderbeschermingsmaatregelen en de Jeugdwet in werking getreden. Hiermee is een aantal veranderingen in de kinderbescherming doorgevoerd. De belangrijkste wijzigingen kunnen als volgt worden samengevat: het belang van het kind staat (meer) centraal, de rollen van kinderrechter, Raad voor de Kinderbescherming en de Gecertificeerde Instelling (voorheen: Bureau Jeugdzorg) zijn gewijzigd en de rechtspositie van betrokkenen is versterkt.
Met de wet is beoogd om het recht van het kind op een gezonde en evenwichtige ontwikkeling meer centraal te stellen. Er is gekozen voor een kindgerichte formulering voor de gronden van de ondertoezichtstelling en gezagsbeëindiging. De gewijzigde formulering van de kinderbeschermingsmaatregelen moet het eenvoudiger maken te kiezen voor de maatregel die het meest aansluit bij de omstandigheden van het kind. In de wet treedt het beginsel van stabiliteit en continuïteit in de opvoeding meer op de voorgrond. Zo is voor beëindiging van de OTS-uithuisplaatsing in een (pleeg)gezin die langer dan een jaar heeft geduurd toestemming van de kinderrechter vereist. Daarnaast beoogt de wet onduidelijkheid over het doel en de duur van de plaatsing in een pleeggezin weg te nemen.
Deze nascholing is opgedeeld in drie blokken:
- Blok A Ondertoezichtstelling
- Blok B Uithuisplaatsing
- Blok C Gezagsbeëindiging
Leerdoelen
Na afloop van deze juridische nascholing hebt u:
- kennis van ontwikkelingen in de toepassing van kinderbeschermingsmaatregelen sedert de inwerkingtreding van de herziene wetgeving op 1 januari 2015;
- kennis van de rechtsmogelijkheden van de betrokkenen;
- inzicht in de praktische gang van zaken rondom beslissingen en verzoeken in het kader van de kinderbeschermingsmaatregelen.